Jetje

In een tuin vol meerstemmig vogellied
groeit het meisje op, dat door deze tonen
in het schone rijk der muzen mag wonen,
van mensen- en dierenklankenspel geniet.

Haar gave rijst bescheiden, doch taant niet,
ontvangt de eer op het klavier te tronen:
tere vingers maken storm in boomkronen
of zacht zingende zucht uit wuivend riet.

Ze bereist de aardbol met echtgenoot Jan,
vindt overal het vertrouwde toetsenbord,
brengt vele oren in aangename ban.

Eigen stad Breda stuwt zegenrijk en port
om te onthullen wat samengaan kan:
hoe toonkunst de tolk van wijze schrijftaal wordt.








Han Messie

gedicht door: Han Messie

Reacties op 'Jetje'

Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, ben jij de eerste?

Reactie plaatsen


Uw naam:

Uw reactie:

Ik ga akkoord met de voorwaarden